25.875 deelnemers hebben tot en met gisteren in een half uurtje 378.395 vogeltjes geteld in hun tuin met als resultaat dat 76.564 huismussen zijn geteld en de huismus staat daarmee op een eerste plaats in de ranking. Tweede is de koolmees met 45.923 getelde vogels. De pimpelmees is een goede derde gevolgd door de merel en kauw.
Ik ga bekennen dat ik niet een van de deelnemers was bij het tellen. Ik zie regelmatig huismussen en koolmezen in onze tuin, maar volgens mij zijn dat steeds dezelfde! Stel, je gaat tellen er er zit een huismus in je tuin op een paaltje. Eén streepje op de tellijst. De mus vliegt er vandoor, maar is vijf minuten later weer terug op een ander plekje in de tuin. Weer een streepje op de tellijst? Ja, maar dan heb ik dubbel geteld. Neen, dan staat de teller correct op twee. Hoe zie je nou dat het niet hetzelfde musje is van vijf minuten geleden? Daarnaast moet je een beetje verstand hebben van vogels en de soorten kunnen herkennen. Ik zie nog wel het verschil tussen een huismus en een merel, maar hoe zie je het verschil tussen een koolmees en pimpelmees? Dat geldt ook voor het verschil tussen een merel en een duif, maar hoe weet je nu dat het om een houtduif gaat? Ik heb nog wel even naar het instructiefilmpje gekeken van de Vogelbescherming en je telt dus het aantal vogeltjes van een soort dat tegelijk in je tuin of op het balkon zitten. Het is me toch nog niet helemaal duidelijk dat je dan toch niet dubbel telt. Je leest het al, deze Nationale Tuinvogeltelling is niet aan mij besteed. Het is het grootste citizen science project in Nederland georganiseerd door de Vogelbescherming samen met Sovon Vogelonderzoek Nederland. Vandaar natuurlijk ook weer de Engelse kwalificatie, citizen science! Schei uit met die Engelse termen, het is gewoon burgerwetenschap! De vogeltelling loopt overigens nog door t/m zondag 28 januari. Dus ik zou zeggen: “Zet de pimpelmees op één”.
Wat betekent de uitslag eigenlijk? Dat zal wel een vergelijking opleveren met eerdere tellingen uit eerdere jaren en kunnen de onderzoekers vaststellen hoe het is met onze vogelpopulatie. Volgende week weten we het antwoord. Vogels tellen vanuit je huiskamer is misschien wel heel rustgevend.
Wat nog beter werkt voor je mentale gezondheid, is vogels kijken tijdens een wandeling. Nu is wandelen sowieso goed voor je lijf, maar om tijdens een wandeling in je eentje niet te gaan lopen malen en nadenken, kun je je beter focussen op vogeltjes en kun je opgaan in het moment. Je verlegt je aandacht van in je hoofd naar buiten: wat gebeurt er om me heen? Dan is er geen ruimte voor stressvolle gedachten. En vogels vind je overal en ze doen ook allerlei dingen. “Vogels zijn interessante beesten”, zegt vogelaar Adriaan Sleeuwenhoek, die een kaartenset heeft gemaakt gebaseerd op de eigenschappen van 26 vogelsoorten. Zo staat de bonte specht symbool voor doorzettingsvermogen en wat te denken van de bonte vliegenvanger. Dit vogeltje weegt maar 50 gram. Hij vliegt na het broedseizoen helemaal naar de Sahel om te overwinteren. Ze vliegen dan in 40 tot 60 uur de hele Sahara over.
Terug naar de tellingen want die gaan vandaag (27/1) en morgen (28/1) nog even door. Tijdens het schrijven van deze column is de tussenstand alweer bijgesteld naar bijna 29.000 deelnemers en 424.876 vogels. Zie bijgaande tabel.
En hoe is het eigenlijk in Zeeland gesteld met de vogels? Welke vogeltjes fluiten hier hun deuntje? Allereerst leveren we tot nu toe nog geen 3% van de deelnemers en het aantal getelde vogels is 7% van het landelijke aantal. In Zeeland staat de huismus eveneens op één, maar de kauw staat bij ons op de derde plek terwijl die landelijk gezien op plaats vijf staat. In Zeeland staat de Spreeuw in de top tien en telt landelijk niet mee! Meer info over de tellingen en de laatste standen zijn te vinden op de website van de Vogelbescherming. Als ik moet kiezen ga ik toch maar vogeltjes kijken en niet tellen.
Maak er een fluitende week van