Omroephuizen of omroephuis

Eppo Bruins, sinds 2 juli 2024 namens NSC de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, gaat de publieke omroep flink op de schop nemen. Alweer, zou je kunnen zeggen. Het lijkt wel dat elke minister van OCW er lol in heeft om de omroepen op stang te jagen, want dat is wat er nu gaande is. Sorry, maar het zijn waarschijnlijk de ambtenaren die de ideeën aandragen en Eppo gaat daarmee aan de haal. Minister Bruins wil de eis van minimaal 100.000 leden afschaffen en van elf omroepen naar vier of vijf ‘omroephuizen’.

Waarom? Nou, natuurlijk om te bezuinigen. De omroepen moeten 156 miljoen minder gaan uitgeven en zich meer richten op de inhoud en kwaliteit van de programma’s. Naast het maken van programma’s zijn omroepen erg bezig met het werven van leden om elke vijf jaar te voldoen aan de eis om honderdduizend leden te hebben. Dat geeft best onrust bij de omroepen en is ook niet meer van deze tijd, want steeds minder mensen worden lid van een vereniging. Ikzelf ben wel lid van Omroep Max, want die maken best mooie en leuke programma’s en heb ik de VARAGids, maar die laatste alleen vanwege de columns van Mart Smeets en Youp van ’t Hek. In die gids staan ook nog de rubrieken van Eus (Özcan Akyol), Claudia de Breij en Sinan. Maar dat terzijde. Terug naar de Omroephuizen. Het mogen er maximaal vijf worden en we hebben nu zes omroepverenigingen. Tel ik zelf dan kom ik op dertien: Omroep MAX, AVROTROS, PowNed, BNNVARA, VPRO, KRO/NCRV, EO, Hvman, WNL, Zwart, Ongehoord Nederland (ON), NTR en NOS. Dat klopt ook weer niet, want het mogen er wettelijk maar acht zijn, zes omroepverenigingen en twee taakomroepen. De NOS en de NTR zijn de taakomroepen. Er zijn dus al bondjes gevormd: Omroep MAX en WNL, AVROTROS en PowNed, BNNVARA, VPRO en Hvman en tenslotte de EO. Dan mis je er nog twee ON en Zwart, maar dat zijn aspirant omroepen en die moeten zich nog bewijzen.  

Naar buiten toe doen ze zich nog steeds voor als zelfstandige omroep, maar ze werken al nauw samen en dat moet in de toekomst nog inniger. Nu had Eppo ook nog het plan de NTR op te heffen en dat is natuurlijk een onzinnig plan en heeft hij ook teruggedraaid. We hebben een NOS en NTR en die kunnen heel mooi samen die mooie programma’s blijven maken, noem we ze gewoon de NTS en daarmee terug naar 1961, toen de NTS werd op gericht.

De aspirant omroepen ON en Zwart kunnen wat mij betreft worden opgeheven. Zwart heeft één leuk programma op televisie That’s My Jam en op de radio zenden ze in de nacht uit. Ongehoord Nederland heeft twee keer per week Ongehoord Nieuws op de televisie, midden op de dag op dinsdag en donderdag en dan is iedereen aan het werk en dus daar kijkt er geen hond naar. Ook niet gaan doen hoor, want het zijn twee vreselijke uren met alleen maar uiterst rechtse ideeën, kortom PVV-televisie. Weg ermee! Maar dan blijven er nog negen omroepen over en wat doen we daarmee?

Ik heb de oplossing voor de minister. Alle omroepen verdwijnen en we maken er één groot omroephuis van: Radio Televisie Nederland (RTN) of iets moderner: Kijken en Luisteren Nederland (KLN), Multi Media Nederland (MMN) of gewoon Omroephuis Nederland. Maar wat is in de naam? Een omroephuis haalt in ieder geval de politieke kleuren uit omroepland, want daar hebben we de politieke partijen voor die ons vertegenwoordigen. Je kijkt toch niet naar een programma van BNNVARA omdat het een ‘rood’ programma is? Je kijkt of luistert naar een uitzending omdat je het leuk vindt, zoals bijvoorbeeld Even Tot Hier. Bij sommige programma’s op televisie of radio zou ik niet eens weten welke omroep dat maakt. Één omroephuis scheelt ook heel veel managers en waarschijnlijk kan men toe met veel minder personeel en kan Jan Slagter eindelijk met pensioen. En wat te denken van al die reclame-uitingen en spotjes. Die kunnen drastisch minder om plaats te maken voor één logo, één omroepgids, als dat nog nodig is want het programma staat ook in de kranten en op internet. En zo zijn er meer winstpunten te bedenken waardoor de kosten flink omlaag kunnen. Ik zal Eppo eens bellen om mijn suggesties door te geven. Zou hij het wat vinden?  

Tot volgende week!